vrijdag 18 februari 2011

Je eigen telescoop (deel 1)


Misschien heb je er wel eens over nagedacht: de aanschaf van je eigen telescoop. En misschien heb je je gerealiseerd, net als ik, dat Nederland nogal "lichtvervuild" is en dat dat effect heeft op wat je met je telescoop kunt zien.

Als je zoals ik in het "verlichte" deel van Nederland woont (dat is bijna heel het land), dan wil je misschien geen 1000+ euro uitgeven aan een telescoop. Maar een telescoop van de speelgoedzaak met plastic lenzen van een paar tientjes is ook zonde van het geld. Voordat we de wereld van de telescoop ingaan, laat gezegd zijn dat een heel goede verrekijker ook een hoop kan laten zien en minder kost.

"Verlicht" Gouda. Dit is mijn observatiegebied.

De Dobson telescoop
Een aardige middenweg waar ik zelf vier jaar geleden voor gekozen heb, is de Dobson telescoop. Voor pakweg 350-400 euro heb je zo'n telescoop met een spiegel van 200 mm. Dat levert een niet kinderachtige vergroting op. De uiteindelijke vergroting hangt af van de oculairs die je erbij neemt. Daarover later meer. Er is een reden waarom je zoveel telescoop krijgt voor dat geld. Niet alleen de grootte of de kwaliteit van lenzen en spiegels zijn prijsbepalend voor een telescoop, maar ook zeker de voet waar hij op staat. In het jargon heet dat de montering.

Mijn Guang Sheng Optical 200 mm Dobson telescoop. De telescoopbuis is 115 cm lang. Ik heb me laten adviseren geen grotere telescoop te nemen, omdat de telescoopbuis, die je los kunt halen van de voet, dan niet over de breedte van een kofferbak past. En inderdaad, dat gaat maar net.
Bij een Dobson is de montering niet meer dan een zelf inelkaar te schroeven voet van triplex. De telescoop kan daarop kantelen en draaien om de as van de voet. Daarmee kun je de telescoop keurig richten op een object. Vervolgens zul je zien dat dat object langzaam uit beeld beweegt. De reden? De draaiing van de Aarde. Duurdere monteringen kun je laten meedraaien met de aardas. En nog duurdere monteringen hebben een motortje die gelijke tred houdt met de draaiing van de Aardas. Als je aan astrofotografie wilt doen, is dat bijna onontbeerlijk. Maar als je alleen met je eigen ogen kijkt, dan voldoet de Dobson voor een beginner prima.

Oculairs
Het oculair dat je gebruikt met de telescoop bepaalt de vergroting. Bij de meeste Dobson telescopen van deze prijsklasse krijg je een 20 tot 25 mm oculair. Het aantal mm staat voor de brandpuntsafstand. De vergroting van het oculair kun je berekenen door de brandpuntsafstand van de telescoop te delen op die van het oculair. De brandpuntsafstand van mijn telescoop is bijvoorbeeld 1200 mm. De vergroting is dan 1200 mm / 25 mm = 48 keer. De vergroting van een 8 mm oculair is maar liefst 150 keer.

In het midden het 25 mm super plössl oculair dat ik bij mijn telescoop kreeg. Het oculair is geplaatst in de zogenaamde focusser. Dat is het onderdeel waar je mee scherp kunt stellen. Linksboven op de achtergrond is de richttelescoop.

Als je een maximum bedrag in je hoofd hebt wat je wilt uitgeven aan een telescoop, vergeet de oculairs dus niet. Het is handig om er drie te hebben om mee te beginnen. Een van 33-42 mm voor het overzicht. Een van 20-25 mm wordt vaak bij de telescoop geleverd. En een van 7-10 mm om in te zoomen op het object wat je wilt zien. Veel kleiner dan 7 á 8 mm moet je met een Dobson, denk ik, niet gaan anders is je doelwit al uit beeld voor je hem scherp hebt.

Een oculair gaat, afhankelijk van de kwaliteit vanaf een eurootje of 30-40 over de toonbank. Maar als je een duurder oculair koopt, zul je ontdekken dat die kwaliteit niet iets is dat alleen de connaisseurs ervaren. Duurdere oculairs laten meer licht door en bij lichtzwakke objecten maakt dat het verschil. Ook is de kijkhoek groter wat niet alleen prettiger is bij het waarnemen, maar ook is je object langer in beeld. Duurdere oculairs kunnen 60-120 euro per stuk kosten en daarbij vergeet ik bewust even de oculairs in de prijsklasse 250 tot 500 euro. Die hebben zo'n grote kijkhoek dat je volgens mij moet oppassen dat je er niet in valt.

Mijn allegaartje aan oculairs.  Van links naar rechts: een Vixen 10 mm, een Seben 8-24 mm zoomoculair, een TS 42 mm breedveld oculair en een TS 25 mm oculair. De Vixen is erg goed.
Een zoomoculair lijkt een goed idee. Het idee is dat je op de grotere brandpuntafstand kunt zoeken en dan in een keer inzoomen als je het object gevonden hebt. Maar in zoomoculairs zit meer glas en dus is de lichtopbrengst minder. Ik heb zelf een goedkoop 8-24 zoomoculair. Ik heb me er een tijdje mee vermaakt, maar het kan zelfs niet op tegen een goedkoop vast oculair.

Andere accessoires
Ikzelf kreeg bij de telescoop als aanbieding een laser-collimator. Dit is een apparaatje waarmee je kunt zien of de spiegels goed uitgelijnd zijn. Het is wel handig, maar op Astroforum.nl zijn mensen die je kunnen vertellen hoe je zelf een alternatief maakt van een stuk PVC-buis en wat draden.

Een richttelescoop wordt meestal bij de telescoop geleverd en dat is onontbeerlijk om je telescoop op het juiste onderwerp te richten.

Volgende aflevering: ik zou het bijna vergeten. Wat kun je eigenlijk allemaal zien met een telescoop?

2 opmerkingen: